Waarom Extinction Rebellion antidemocratische trekken heeft

download (2)

IK BEN NIET zo van de godwins, het overal bij halen van de oorlog, maar in dit geval ging het vanzelf. Want wat antwoordde ik toen klimaatbeweging Extinction Rebellion me een technische vraag stelde? Nou, dit:

twt1

Dat had ik achteraf gezien niet moeten doen, want de nazi’s erbij halen, dat gaat natuurlijk te ver. Maar diep bezorgd ben ik wel degelijk. Over de voorstellen die Extinction Rebellion doet. En die ernstig ondemocratisch zijn.*

Aanleiding is een prachtig, diepgravend podcastinterview dat energiejournalist Remco de Boer had met Ernst-Jan Kuiper, woordvoerder van de Nederlandse tak van de uit Engeland overgewaaide beweging. U kunt het gehele interview hier beluisteren.

Ronduit groezelig wordt het vanaf ongeveer 45 minuten. Want wat zegt Kuiper dáár nou?

‘Het idee is dat 100 mannen en vrouwen willekeurig worden gekozen uit de Nederlandse bevolking en dat die representatief zijn voor de Nederlandse bevolking, qua inkomen, geslacht, leeftijd. En dat deze mensen goed worden voorgelicht door experts. En dat die mensen collectief gaan beslissen hoe we naar nul CO2-uitstoot in 2025 gaan.’

Waarop De Boer aanvult: ‘Want de overheid moet geleid worden door de besluiten van die raad. Die raad zegt wat er moet gebeuren.’

Kuiper: ‘Ja.’

De Boer: ‘U zegt nogal wat he?’

Kuiper: ‘O ja. Zeker, zeker.’

De Boer: ‘Maar er is toch democratie in het westen, of niet?’

Kuiper: ‘Het is maar net hoe je het noemt. We noemen dit democratie inderdaad. Maar als je kijkt hoe beslissingen in de praktijk worden genomen, dan is de lobby van de fossiele industrie bijzonder sterk. Kijk, vanaf het eerste IPCC-rapport in 1990 hadden onze overheden eigenlijk al maatregelen moeten nemen. (…) En toch hebben onze overheden in feite niks of nauwelijks niks gedaan. De wereldwijde CO2-uitstoot is sinds 1990 met 60 procent gestegen. Het punt is dat wij, en ikzelf, onze politici niet meer vertrouwen met het oplossen van dit probleem. Dat is heel essentieel.’

De Boer: ‘Dus dan kloppen die commentaren dat u een ander democratisch stelsel wilt.’

Kuiper: ‘Tot op zekere hoogte wel. Op dit onderwerp willen we de macht en de beslissingen teruggeven aan de burgers. Niet meer voor de politici, die in feite naar de lobbyïsten luisteren.’

De Boer: ‘Meent u dat nou echt?’

Kuiper: ‘Dat meen ik echt, ja. Omdat wij ervan overtuigd zijn, en ikzelf ook, dat dit economisch-politieke systeem niet in staat is om dit probleem op te lossen.’

Nepparlement

Alsjeblieft. Onze democratisch gekozen politici zijn gecorrumpeerd en niet te vertrouwen, de macht moet terug naar het pure en onbezoedelde volk. Waar hebben we dat eerder gehoord? Bij Geert Wilders, die het parlement een ‘nepparlement’ noemde omdat het verschil ‘met de mensen thuis levensgroot is’? Bij Thierry Baudet, die de Kamer toebeet: ‘u zult worden vervangen’?

Er rammelt van alles aan de gedachtegang van Kuiper. Wie bepaalt welke ‘experts’ de burgers gaan opvoeden en hoe dat gebeurt? Extinction Rebellion zelf? En wie zegt dat die honderd willekeurig gekozen burgers klimaatmaatregelen zullen bepleiten? Uit de onderzoeken blijkt immers dat de meeste burgers best iets willen doen aan het klimaat, zo lang het maar niet teveel kost.

Maar het ergste manco is dit: dat afschaffen van de vertegenwoordigende democratie, om een politiek doel te halen. Doodeng. Misschien nog verontrustender is het gemak waarmee Kuiper, net gepromoveerd als aardwetenschapper in Utrecht, erover praat. Deze begindertiger heeft werkelijk geen flauw benul.

De Boer: ‘Het zou best eens kunnen dat een aantal luisteraars een beetje met de oren zitten te klapperen.’

Kuiper: ‘Wij zijn juist voor meer democratie.’

De Boer: ‘Maar er ís toch democratie in het westen, of niet?’

Kuiper: ‘Het is maar net hoe je het noemt.’

Het meest in de buurt komt het gedachtegoed van Extinction Rebellion nog van links-communistische dictaturen, zoals die van Stalin en Trotski. Want wat zegt Kuiper dáár nou toch weer (rond de 50ste minuut)?

Kuiper: ‘Uiteindelijk is het heel simpel: het kapitalisme roeit zichzelf binnenkort uit. Simpelweg omdat we grootschalige problemen gaan krijgen met het verbouwen van voedsel als we op deze manier doorgaan. Daarmee roeit het kapitalisme zichzelf uit. Dit is niet is dat wij… dit is wat de wetenschap ons vertelt. Het kapitalisme roeit zichzelf uit. Dat kan iedereen zien aankomen.’

Het kapitalisme dat met zichzelf ‘vanzelf’ uitroeit, met een soort natuurwetenschappelijke wetmatigheid. Dat is precies zoals Karl Marx het zag. Met als enige verschil dat Marx de steeds grotere arm-rijkverschillen als motor achter het geheel zag – en Kuiper het klimaat.

So far, so good. Laat ze lekker denken.

Maar wat gebeurde er begin vorige eeuw, toen de revolutie maar niet vanzelf wilde komen? In de Sovjet-Unie besloot de kliek rond Trotski de geschiedenis een handje te helpen: ze pleegden een coupe, executeerden de tsaar en vestigden de bolsjewistische dictatuur. Met, jawel, een burgerraad die de wil van het volk wel eens even zou vertegenwoordigen – zelfs het jargon heeft Kuiper van de dictators afgekeken.

Frustrerend

Ik weet niet hoe het met u zit, maar ik vind het maar griezelig. Het idee van een democratie is nou net dat alle meningen worden gehoord – óók de meningen waarmee meneer Kuiper en zijn maten van Extinction Rebellion het toevallig niet eens zijn. Dat kan soms knap vervelend zijn. Zelfs zo frustrerend dat je ervoor de straat op gaat.

Maar de democratie vertrappen, dat is zoiets als de kleuter die bij spelverlies het speelbord omver gooit. Het is bovendien, zo leert de geschiedenis, een weg die maar al te gemakkelijk leidt naar dictatuur, onderdrukking en geweld.

Ik zou zeggen: als u lid bent geworden van Extinction Rebellion, zeg uw lidmaatschap gauw op. Als u zo nodig een beter klimaat wilt, prima. Maar besef dat er slecht één manier is: die van het overtuigen op argumenten. En dat er, hoe hinderlijk dat soms ook is, altijd mensen zullen zijn die het nu eenmaal anders zien.

De pest is: het is ook onze planeet. Wen er maar aan.

 

*) Na de ophef over deze blogpost heb ik deze alinea toegevoegd, en een zin die verwees naar de machtsgreep van Hitler verwijderd, omdat het erbij halen van de Tweede Wereldoorlog teveel afleidt van de inhoud van mijn klacht.

Vrouwentekort? Bouw een spaghettistoel!

EN DAAR KREEG Evangelia Demerouti, chief diversity officer van de TU Eindhoven, zowaar het verwijt vrouwonvriendelijk te zijn. Allemaal vanwege deze opmerking, die ze maakte in een leerzaam en interessant interview met mijn collega Marjon Bolwijn.

Vraagt Marjon: Welk concreet voordeel verwacht u eigenlijk van meer vrouwelijke wetenschappers aan de TU Eindhoven?

Zegt de diversiteitsofficier:

vrouwen1

Waarna mevrouw nogal begrijpelijk het verwijt kreeg de rolletjes weer eens lekker te bevestigen:

vrouwen4

vrouwen2

Een lastige kwestie – dé lastige kwestie, zou ik haast zeggen. Is de wereld te vierkant voor de ronde blokjes genaamd vrouw? Of is het een illusie dat er überhaupt ronde en vierkante blokjes bestaan en passen ze als je het probeert gewoon door dezelfde opening?

Ik behoor tot de eerste school.

Natuurlijk zijn mannen en vrouwen anders. Mannen hebben zwaardere stemmen, baardgroei, borsthaar, mannenkaalheid en meer spieren. Man en vrouw zijn seksueel dimorf, zoals biologen zeggen. De mannetjes zijn iets beter toegerust om het nest te bewaken, de vrouwtjes iets meer om het nest te verzorgen.

En er is geen enkele reden waarom die overduidelijke fysieke verschillen opeens ophouden aan de buitenkant.

Ik heb altijd geleerd: als een bepaalde eigenschap in allerlei totaal verschillende culturen voorkomt, is er gerede kans dat er biologie aan ten grondslag ligt. En in haast alle culturen doen mannen ‘de buitenboel’. Ze gaan erop uit om te vechten, vertegenwoordigen de groep tegenover andere groepen en doen nutteloze dingen zoals met elkaar in de sportkantine zitten.

Terwijl de vrouwen met elkaar de binnengemeenschap vormen, hun eigen en elkaars kinderen grootbrengen, de meeste calorieën binnenhalen, de sociale cohesie handhaven en weer andere nutteloze dingen doen zoals eindeloos winkelen op zoek naar het ideale paar schoenen.

Hoor ik u daar nu door het lint gaan?



Wacht, veeg het schuim van uw lippen. Het grote misverstand is dat dit soort basisneigingen een of andere schutting zouden plaatsen tussen vrouwen en mannen. Alsof er twee gescheiden werelden zijn: een waarin de mannen mannendingen doen, en een waarin de vrouwen vrouwendingen doen.

Maar dat is natuurlijk onzin. Verzonnen door mannen (en hier en daar een vrouw) die bang zijn voor een verstoring van de sociale orde, met een heersende mannenkaste die tegen betaling allemaal leuke dingetjes mag doen buiten de deur, en een vrouwenkaste die onbetaald in de weer is met de kinderen, het eten en het huis.

In werkelijkheid overlappen de verdelingen elkaar grotendeels:

vrouwen6

Denk maar aan – iets onomstredens en meetbaars – lichaamslengte. Nederlandse vrouwen zijn gemiddeld 13,7 centimeter korter dan mannen, die gemiddeld 1,81 meter lang zijn. Maar omdat het gemiddeldes zijn, zijn er heus ook mannen die korter zijn dan sommige vrouwen, en vrouwen die langer zijn dan de gemiddelde man.

Stel, ik heb een magazijn waar de spullen zo hoog staan dat je minimaal 1,75 meter lang moet zijn om er te werken. En dat daar vervolgens haast alleen maar mannen werken. ‘Sorry hoor, maar mannen zijn nu eenmaal langer dan vrouwen!’, verdedig ik me, en ik kom met deze grafiek:

vrouwen7

Mis natuurlijk: in werkelijkheid sluit ik een procent of 20 van de vrouwen uit – het deel dat ik hieronder arceer:

vrouwen8

De Eindhovense oplossing: draai mijn arm om en dwing me om meer vrouwen aan te nemen.

Maar er is natuurlijk ook een andere oplossing. Koop een trapje, zodat meer mensen overal bij kunnen:

vrouwen9

Goed: nu de techniek.

Dat mannen de oplossingen meer zoeken in dingen en vrouwen meer in mensen, is redelijk onomstreden – als u me niet gelooft, lees deze meta-analyse er eens op na. Dat dit net als baarden en borsten in elk geval voor een deel wordt aangestuurd door hormoonverschillen, achten kenners ook al aannemelijk.

Volgens dat dingen-mensen-onderzoek heeft van de mannen 82,4 procent meer belangstelling in dingen. Aan de TU Eindhoven is momenteel 87,4 van de hoogleraren man.

Met wat fantasie (en mannelijk denken) komt de TU Eindhoven dus eigenlijk ‘maar’ 5 procentpunt vrouwelijke hoogleraren tekort, ofwel 13 vrouwen (de universiteit heeft in totaal 264 hoogleraren, en 5 procent van 264 is 13).

Alle reden dus om zo’n mannenbolwerk de arm om te draaien en ze onder dwang vrouwen te laten aannemen.

Maar wat de diversiteitsofficier zegt, is ook waar. En dus helpt het om een trapje te kopen – en de opleidingen wat meer menselijkheid te geven.

Dat kan vast makkelijker dan je denkt.

Laat je eerstejaars in plaats van een spaghettibrug een spaghettistoel bouwen of een spaghettibed: zelfde constructieregels, maar met de mens voor ogen.

Doe meer in groepjes.

En kap verdorie eens met dit soort neutronenbomfoto’s op je website:

CiTG_faculteit-1280x600-c-center

Zo kan ik nog honderd dingen bedenken. Als u een consultant nodig heeft, belt u even?

Een CVB-fonds moet er komen: Centen Voor Bloggers

VERKLEED ALS MINISTER van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap Ingrid van Engelshoven (D66) had ik deze week het genoegen om het eerste symposium van bloggende wetenschappers toe te spreken. Ik vertelde waarom blogs zo belangrijk zijn en er best wat subsidiegeld tegenover mag staan.

 

Geachte aanwezigen, beste bloggers,

 

Ik kon het niet nalaten u hier in eigen persoon toe te spreken. Nu Klaas Dijkhoff hardop verkondigt dat hij zich niet gebonden voelt aan het klimaatakkoord en CDA en ChristenUnie morrelen aan het kinderpardon, kan ik natuurlijk niet achterblijven. En als D66-bewindsvrouw zeg ik: het wordt hoog tijd om de bloggende wetenschap van Nederland eindelijk eens serieus te nemen en te voorzien van de nodige fondsen.

Degenen onder u die de Wetenschapsvisie hebben gelezen die ik afgelopen maandag presenteerde, zullen zich daarover niet verbazen. ‘Nieuwsgierig en betrokken’, heb ik die visie genoemd, en het woord ‘communicatie’ komt er wel vijftien keer in voor.

Ik citeer mijzelf:

‘Kennisdeling is belangrijk om het vertrouwen in de wetenschap hoog te houden én iedereen te betrekken bij het belang van onderzoek.

‘Vandaar dat ik NWO heb gevraagd een pilot te ontwikkelen om onderzoekers te belonen die actief met de samenleving de dialoog aan gaan. Hiervoor stel ik € 1 miljoen beschikbaar.’

 

Kijk, dames en heren bloggers, dat zal u als muziek in de oren klinken. Actief een dialoog met de samenleving aangaan, dat is immers precies wat u doet.

Maar wacht. Het woord ‘weblogs’ komt in mijn Wetenschapsvisie niet voor. Dat mocht niet van de VVD. Voor de VVD betekent ‘verbinding zoeken met de maatschappij’ immers zoveel als: wetenschap, bedenk een leuk nieuw product voor Philips of Unilever. Niet: schrijf een mooie blogpost over de Lachmann-methode of de motieven achter het Oekraïnereferendum.

 

Plechtige brieven

Ik zie dat anders. Om zeker twee redenen denk ik dat het volstrekt logisch is om uw weblogs te beschouwen als volwaardige vorm van academische kennisoutput.

De eerste reden is de ontwikkeling van het academisch publiceren zelf. Ooit, aan de dageraad van de moderne wetenschapsbeoefening, communiceerde u middels plechtige, vaak handgeschreven verslagen en brieven aan uw wetenschappelijk genootschap, een praktijk die voortkwam uit de gildestructuur van de middeleeuwen. Vervolgens werden die proceedings en letters gebundeld en uitgegeven door wetenschappelijke uitgevers. Een gang van zaken die ruim twee eeuwen heeft standgehouden.

Het internet, die grote verstoorder, heeft het speelveld echter volledig veranderd. Op internet is iedereen immers zelf uitgever geworden. Dat leidt ertoe dat wetenschappelijke publicaties steeds vaker gratis en openbaar toegankelijk zijn.

Maar ook hun vorm verandert. Een moderne academische publicatie bestaat vaak uit een bondige, goed leesbare korte versie, gevolgd door het supplement waarin de technische informatie staat. Bovendien laten steeds meer wetenschappelijke artikelen reacties door derden toe, via de zogeheten post hoc peer review. Wetenschappelijke publicaties beginnen, kortom, zelf steeds meer op blogposts te lijken.

De andere ontwikkeling is die van het internet zelf. Helaas begunstigen de spelregels van het wereldwijde web niet de meest betrouwbare, maar de meest populaire kennis, uitgedrukt in weblinks, likes, kliks en interacties. Vandaar dat het bovenin de zoekresultaten van Google naast de integere kennis wemelt van de pseudowetenschappelijke prietpraat over vaccins, klimaat, de echte reden waarom de Twin Towers instortten en wat al niet meer.

 

Tegenoffensief

Maar de laatste tijd komt er een tegenoffensief op gang. Onder druk van nepnieuws en politiek ingestoken propaganda zijn Google, Facebook, Twitter en andere aanbieders steeds nadrukkelijker op zoek naar betrouwbaarheidswaarmerken, om de zin van de onzin te filteren. Echte personen krijgen op Twitter een blauw authenticiteitsvinkje, Facebook voert actief campagne tegen aanbieders van clickbait, en op Google krijgen erkende factchecksites voorrang in de zoekresultaten.

Het internet zoekt naar waarachtigheid, de wetenschap naar meer openheid. Trek die lijnen door, en op het snijpunt vindt u… het wetenschappelijke weblog. In het Engelse taalgebied zijn er al diverse wetenschappelijke weblogs die de brug slaan tussen hun vakgebied en de buitenwereld: van Real Climate tot Neuroskeptic, van The Vulcanism Blog tot Ask a Mathmatician, en van The Cheerful Oncologist tot Mike the Mad Biologist. Dergelijke blogs zijn een onschatbare kennisbasis voor burgers op zoek naar informatie die behalve verdiepend en betrouwbaar ook nog eens behapbaar en amusant is. Ze combineren het beste van beide werelden. De internetversie van een wetenschappelijk review article, zeg maar.

Ook in ons land is die trend volop gaande. De artikelen van het weblog Klimaatverandering worden veelvuldig aangehaald als onverdachte bron om het felle debat over het klimaat te informeren. Blogs als Neerlandistiek en Mainzer Beobachter vormen een oase van kennis, amusement en inspiratie voor een lezerspubliek dat anders niet of nauwelijks met alfa- en gammawetenschap in aanraking zou komen. En Stukroodvlees en Overdemuur hebben hun invloed op politiek en het publieke debat ruimschoots bewezen.

Uw blogs zijn kortom niet alleen een logische vervolgstap in het academisch publiceren, maar ook van grote waarde om de burger te wapenen met kennis en argumenten, als naslagwerk en als uithangbord voor de wetenschappelijke methode.

In dat licht kan het niet langer zo zijn dat u dat ’s avonds na werktijd op uw zolderkamer moet doen, geheel onbezoldigd en terwijl u er soms zelfs op toelegt: ik denk aan degenen onder u die minder zijn gaan werken of betaalde nevenwerkzaamheden afhouden om de blogs te kunnen bijhouden.

 

Centen voor bloggers

Dat moet natuurlijk anders. Laten we dus streven naar een systeem van geaccrediteerde weblogs, die in aanmerking komen voor een speciaal NWO-fonds dat ik hiertoe graag zou oprichten, de zogenoemde CVB-gelden, ofwel ‘Centen voor Bloggers’.

Uiteraard houden de weblogs volledige inhoudelijke vrijheid. Als accreditatievoorwaarden kunt u denken aan zulke randvoorwaarden als het onderschrijven van een gedragscode en het onderhouden van een discussieforum. Bovendien kunt u denken aan de verplichting tot het voeren van een eindredactie, het weblog-alternatief dat het meest in de buurt komt van peer review.

Enfin, dames en heren, werk aan de winkel. Aan u de taak om gezamenlijke standaarden te ontwikkelen en kennisuitwisseling te bevorderen, zodat u bij NWO kunt aankloppen met een goed voorstel: hallo, NWO, hier zijn we dan, de ‘onderzoekers die actief met de samenleving de dialoog aangaan’, show us the money.

Laten we voorkomen dat het geld dat ik heb gereserveerd voor wetenschapscommunicatie weglekt naar nog meer wetenschapsvoorlichters, communicatieadviseurs, evenementenbureaus en gala-avonden met Robbert Dijkgraaf. Die wetenschappers middenin de maatschappij, dat bent u. Hup, de boer op, bloggers; u bent aan zet. En ik denk dat de bijeenkomst van vandaag een mooi begin was.

Goed, ik ben lang genoeg aan het woord geweest, en eerlijk gezegd begint deze jurk best een beetje te knellen. Ik hoop dat ik u wat stof tot nadenken heb kunnen geven voor bij de borrel. En tenslotte: ik wens u veel creativiteit en plezier bij het maken van uw weblogs. Want laten we vooral niet vergeten: bloggen over wetenschap, met alle mogelijkheden die het digitale tijdperk ons biedt, is misschien wel het mooiste wat er is.

Dank u voor uw aandacht.

twiet

20190129_225408

Is dit nou de redding van de regiojournalistiek?

EN DAAR VERSCHEEN, zo tussen Sint en de Kerstman door, een journalistieke productie die de wereld moet veranderen. In het Leiderdorps Weekblad – wie leest hem niet? – stond de allereerste productie van het ‘Leids Mediafonds’, een initiatief dat de kwijnende regionale journalistiek moet redden.

Het idee is geweldig, vind ik althans. De regionale journalistiek wordt immers ernstig bedreigd, door afhakende lezers, opdrogende advertentie-inkomsten en kapot bezuinigde redacties. En daarmee dreigen de dorpen en middelgrote steden, toch de haarvaten van de samenleving, iedere vorm van onafhankelijke journalistieke controle te verliezen. Bij de meeste gemeenteraden staan de perstribunes inmiddels stof te vergaren; laat staan dat er ooit nog een journalist de gemeentelijke declaraties controleert, kritische vragen stelt aan de wethouder of zich verdiept in het handjeklap tussen de gemeente en de projectontwikkelaars.

Het Mediafonds moet daarin verandering brengen. Het fonds, onafhankelijk beheerd, verdeelt een subsidie van de gemeente Leiden over journalistieke projecten. Uniek, moedig en best visionair eigenlijk: de gemeente die zijn eigen waakhond betaalt.

Dan moet die waakhond alleen wel een beetje kunnen keffen natuurlijk. En de eerste journalistieke productie betaald door het fonds laat wat dat betreft toch wel wat te wensen over, bemerkte ik toen ik licht rillend van opwinding de eerste PDF open klikte.

Geen splijtende primeur. Geen stof opwaaiende reportage. Geen spraakmakend interview. Nee: het eerste dat we te zien kregen was… jawel, een interview met de wethouder van Leiderdorp. ‘SAMEN MET BEWONERS NADENKEN OVER ENERGIETRANSITIE IN DE ORANJEWIJK’, stond erboven. Een kop die de lezer op het puntje van zijn stoel zal brengen, zullen we maar zeggen.

kop1

In het interview legt de wethouder in beheerst ambtelijk jargon en niet gehinderd door enige tegenvraag uit dat de CO2-uitstoot ook in Leiderdorp omlaag moet en welke procedures daarvoor inn stelling zijn gebracht. Citaat: ‘Dat zijn stevige doelstellingen en er wordt hard gezocht naar maatregelen om die te realiseren.’

Waarna de wethouder nogmaals benadrukte dat hij toch echt vooral samenwerkt met de bewoners. En dat er een ‘drukbezochte’ bijeenkomst was geweest waar volgens de wethouder allemaal ‘positieve’ dingen waren gebeurd, maar waar de verslaggever merkwaardigerwijs ontbrak.

joostwillemsen.JPG
De wethouder poseert voor een reclamebord. Foto uit Leiderdorps Weekblad.

Vooruit, volgende artikel dan maar. Alweer een interview. Met de ‘EnergieAmbassadeur’ ditmaal en alweer onder een kop waarvan het nog lang onrustig zal zijn in Leiderdorp:

koop2

Knalt de interviewer er eens flink in: ‘Hoe pak jij je rol als energieambassadeur op?’

Artikel nummer drie, misschien? We zien een grijze mevrouw die glimlachend naar haar meterkast wijst. ‘VOLOP BEZIG MET VOORBEREIDINGEN OP EEN GASVRIJE TOEKOMST’, verduidelijkt de kop boven – alweer – een interview. Want ook mevrouw Van Goozen is er ‘klaar voor’ en is ‘hard bezig’ om ‘van het gas af’ te komen, stelt het stuk monter.

goozen
Mevrouw Van Goozen is ‘hard bezig’ om van het gas af te komen, volgens het Leiderdorps Weekblad.

Nou ja, tot je bij de een na laatste alinea komt. Van Goozen is waarschijnlijk al te oud om haar investering nog terug te verdienen, staat daar kort, en trouwens: onduidelijk is hoe ze sowieso aan het geld moet komen om haar woning om te bouwen. ‘Kortom, nog volop vragen, vooral over de financiële kant’, strijkt de interviewer die onverwachte dissonant vlug glad.

Kom, het is het Leiderdorps Weekblad maar, zult u zeggen. Het plaatselijk sufferdje, waar het gouden echtpaar een hand krijgt van de burgemeester en klaverjasvereniging Hartje Troef zijn uitslagen publiceert. Dat zal, maar was dit initiatief niet juist bedoeld om de kritische, onafhankelijke journalistiek wakker te kussen? Júíst hier, tussen de aankondigingen van de kerkdiensten op zondag en het laatste nieuws over de rolstoeluitleen in de Winkelhof in?

Toegegeven, dit was nog maar de eerste productie, op stapel staan nog zeventien projecten die er stuk voor stuk best veelbelovend uit zien. Maar toch, zorgen baart het me wel. Zo’n pagina waarop de wethouder zijn plannen mag toelichten en mevrouw Van Goozen mag zeggen hoe blij ze daarmee is: noemden we dat vroeger niet gewoon de gemeenteberichten?

Ik hoop van harte dat het Mediafonds opzienbarende, mooie en belangrijke producties voortbrengt. Ik hoop dat er onthullingen komen, en eye-openers, want journalistiek hoort nu eenmaal een beetje te schuren.

Maar ik sluit ook niet uit dat het voor de regiojournalistiek inmiddels te laat is – en dat het fonds in al zijn goede bedoelingen bezig is een allang opgegeven lijk te reanimeren.

Hey, Jesse Klaver, ben je soms klimaatontkenner?

GROENLINKS-VOORMAN JESSE KLAVER hoefde er welgeteld één dag over na te denken. Kernenergie? No way, wat hem betreft, zo stelde hij in een achtknaller op Twitter. Dat was amper een etmaal nadat Arjen Lubach op Zondag zijn nek uitstak en het opnam voor de omstreden energiewinning uit atoomsplitsing, en VVD’er Klaas Dijkhoff er meteen maar een nucleair proefballonnetje achteraan stuurde.

Terecht, om zo je twijfels te hebben bij kernenergie. Lubach mag dan gelijk hebben dat kernenergie relatief veilig is – het hoeft maar één keer écht mis te gaan en de poppen zijn aan het dansen. En Lubach heeft wel gelijk dat kernenergie een CO2-vrije, stabiele en goedkope manier van energie-opwekking is, hij stapt wel erg makkelijk heen over de nadelen. Zoals dat het tijd kost (en klauwen vol geld) om kerncentrales te bouwen en dat de winning van grondstoffen vaak problematisch is. Plus dat voorstanders de neiging hebben om de mooie kanten van nieuwe technieken, zoals kernfusie, zwaar te overdrijven.

Maar op zijn beurt lijkt ook Jesse Klaver iets te vergeten: de wetenschappelijke consensus.

In zijn tussenrapport van vorige maand becijfert het VN-klimaatpanel het IPCC wat er precies nodig is om de internationale klimaatdoelstelling te halen, van 1,5 graad opwarming, en zeker niet meer dan 2 graden. En in al die vingeroefeningen gaat de hoeveelheid kernenergie flink omhoog, omdat China, Rusland en India nog heel wat centrales willen bouwen.

Zo gaat zelfs in het meest ‘groene’ scenario de hoeveelheid kernenergie met 59 procent omhoog in 2030, en met 150 procent in 2050. In de minst strenge scenario’s, waarbij we de 1,5 graad tijdelijk overschrijden, vervijfvoudigt de kernenergie zelfs. Vervijfvoudigt!

Hier, kijk zelf even naar de cijfers (van links naar rechts staan de vier scenario’s, van streng naar minder hard):

nuclear

Interessant is dat die informatie een beetje verstopt staat in het rapport, en niet voorkomt in het persbericht. Kennelijk voelt het IPCC de bui ook wel hangen: shit, we zijn voor ons draagvlak afhankelijk van Groenen en Linksen, en daar is kernenergie hartstikke taboe.

Maar hee, Jesse Klaver, klimaatwetenschapontkenner! Met zo’n njet tegen kernenergie ligt het vrij simpel: we halen die doelstelling niet.

Welles!, zeggen de Jesse Klavers op dit punt altijd. We moeten en zullen de CO2-uitstoot in 2030 met 49 procent hebben verminderd, via het klimaatakkoord en met windmolens en zonnecellen.

Maar het venijn zit in dat ‘we’. Klaver denkt daarbij, lekker pastoraal, aan Nederland. Terwijl de klimaatdoelstellingen internationaal zijn. Al stoot Nederland vanaf vandaag geen molecuul CO2 meer uit, voor onze internationale klimaatafspraken maakt dat vreemd genoeg niet uit. Daarvoor kijkt men namelijk niet naar de besparing van Nederland – maar naar die van Europa.

Daar zit Klavers denkfout. Bij ‘vijf keer meer kernenergie’ ziet hij er, bij wijze van spreken, al vijf kerncentrales à la Dodewaard of Doel bij bouwen in ons toch al krap bemeten land. Terwijl het er natuurlijk om gaat dat Nederland als de sodemieter kernstroom moet gaan aanmoedigen – die vervolgens wordt opgewekt in Frankrijk of Oost-Europa. Waarna de markt zijn werk doet en er wellicht ergens in Europa iemand op het idee komt om er kerncentrales bij te bouwen.

Ik ben persoonlijk helemaal niet zo’n voorstander van kernenergie, voordat u dat nou denkt. Maar in een klimaatrealiteit waar de VVD’er zijn geliefde auto duurder ziet worden, de CDA’er zijn lapje vlees moet verruilen voor een tofuburger en de PvdA’er huurders moet lastigvallen met klimaattoeslagen, mag ook milieuminnend links best wat water bij de ideologische wijn doen.

Voorlopig weten we één ding zeker: met de koers van GroenLinks, de Groenen, Greenpeace en nog zowat wat begint met ‘Gr’ houden we de opwarming van de aarde niet onder de 2 graden, en zeker niet onder de 1,5 graad.

Dat is geen politiek of moreel oordeel – maar gewoon de wetenschappelijke consensus.

 

Ojee, het NOS Journaal wordt gevirald

WAT IS ECHT en authentiek, en waar wordt het reclame en nep? Voor diepere gedachtes over die vraag kun je natuurlijk naar de nieuwe Blade Runner gaan – óf je zet gewoon het NOS Journaal aan.

Want het was natuurlijk best een wonderlijk incident dat zich daar donderdagavond voltrok.

Het begon met een item over het plan om woningen van het aardgas af te halen. ‘Een gigantische opgave, maar wel haalbaar’, aldus de NOS, op last van netbeheerder Stedin. Waarop dit lollige itempje volgde, met twee gewone burgers die van het gas af willen en daar een vlog over bijhouden:

Eh, juist. ‘Bewoner’ Ingrid? Een beetje verbaasd over haar gebruik van het jargonwoord ‘transitie’, besloot ik toch eens te googelen wie deze mevrouw eigenlijk is.

En ja hoor. Zo heel doorsnee is Van Prooijen ook weer niet. Ze is ‘businessontwikkelaar’ bij Alliander Duurzame Gebiedsontwikkeling, de poot van energiebedrijf Alliander met ‘als doel open netwerken te realiseren voor transport en distributie van duurzame en lokale energie.’

Een mevrouw wier werk het is om huizen van het gas te krijgen, dus. En dat doet ze met enthousiasme, zo blijkt uit de blurb bij haar profiel:

vanprooijen.JPG

En ‘bijdragen aan de versnelling van de energietransitie’ is dan ook precies wat ze, vermomd als ‘bewoner’, op ’s lands meest prominente nieuwspodium mocht doen. Citaat: ‘Ik denk dat het heel belangrijk is om de bewoners en woningeigenaars nu al te informeren: deze transitie zit eraan te komen.’

Verantwoordelijk verslaggever Henrik-Willem Hofs reageerde via Twitter snel en professioneel. Hij wist het niet. En voegde op de NOS-site toe dat Van Prooijen behalve burger ook duurzaamheidsadviseur bij Alliander DGO is.

Ja, maar nou nog dat vlog.

Daarop reist Van Prooijen samen met haar vriend het land af, op zoek naar duurzame techniekjes. Zo bezoeken Henk en Ingrid (‘Ja, zo heten we écht!’) een gezin dat de verwarming heeft vervangen door infraroodpanelen, krijgen ze een duurzaamadviseur over de vloer, en bezoeken ze Bert en Ellis, een paar dat een bestaande woning liet isoleren.

Een leuk, enthousiasmerend vlog. Het is alleen wel érg goed gemaakt. Met geavanceerde video-effecten, een professioneel afgewerkte geluidsband en een leader waar ik als ervaren amateur dágen over zou doen.

En dan heeft het vlog ook nog eens dezelfde naam als de campagne ‘Van Gas Los’ die het Programmabureau Warmte Koude Zuid-Holland vorige week lanceerde – toevallig precies tegelijk met de start van het vlog.

Citaat uit de communicatiestrategie van die campagne: “Om Nederlandse bewoners mee te krijgen in deze transitie, zullen zij allen geïnformeerd moeten worden met een optimistische boodschap.”

Ik bel Van Prooijen toch maar eens op.

Die is er eerlijk over: het idee voor het vlog was van haarzelf, ‘en daarna hebben we voor de uitvoering partners gezocht’. Zo is de montage van de video’s gratis uitgevoerd door Alliander DGO. En kreeg ze de mensen waar ze met haar vriend op bezoek ging aangereikt van het programmabureau.

Pr, dus gewoon.

Maar dat wordt in de video’s verzwegen. De namen van Alliander of het Programmabureau komen nergens voor, en als het stel bij een duurzaam gezin op bezoek gaat, heet het dat ze die ‘via via’ hebben leren kennen. Ook op de sociale kanalen van Henk en Ingrid: geen woord over de sponsoring.

vanprooij2

We worden hier, kortom, gevirald waar we bij staan. Subtiel gehersenspoeld, rijp gemaakt om ook ‘de energietransitie’ te maken: wég met dat vermaledijde gas, die leuke en vooral heel gewone Henk en Ingrid doen het ook!

Van Prooijen zelf baalt ervan. Ze heeft er slecht van geslapen, belooft haar pagina’s aan te passen. ‘Ik leer hier ook weer van’, zegt ze.

Dat is vervelend, want zij kan het natuurlijk ook niet helpen. Háár enthousiasme is tenminste oprecht. En van boze opzet is geen sprake.

Word je opeens ingezet als ‘influencer’, zoals dat dan heet. ‘Dan staat opeens de NOS in je huiskamer. We waren zó overdonderd’, zegt ze.

Maar de bureau’s en bedrijven achter het offensief, hadden díé niet open kaart moeten spelen? En de NOS? Had men zich daar niet even moeten afvragen: wacht even, dat leuke spontane vlog, in hoeverre is dat gewoon reclame?

 

(Dit blog is geheel in vrije tijd geschreven, zonder sponsoring, steun of sturing van welke derde partij ook. Alleen het fragment uit het NOS Journaal is losgeknipt door een collega, omdat mijn capture-programma het niet deed. Mijn professionele cv vindt u hier.)

 

Hoe klimaatwetenschappers zich aan Harvey overschreeuwen

JE KON EROP wachten. Nu de orkaan Harvey is uitgeraasd, de doden zijn geborgen en het water is gedaald, is er de nasleep: een tsunami van wetenschappers die met opgeheven vinger benadrukken dat Harvey de orkaan toch écht te maken had met het klimaat.

Of nou ja, een beetje. Of niet echt eigenlijk.

Orkanen worden namelijk niet veroorzaakt door klimaatverandering. Ja: de zeespiegel staat wat hoger en dat duwt de stormvloed op – alleen gebeurde dat nu in dunbevolkt kustgebied. Ja: een warmere dampkring houdt meer water vast en dat geeft meer regen – alleen is dat hoogstens zes procent meer, blijkt uit de berekeningen. En ja: in een warmere wereld gaat de windkracht van orkanen iets omhoog – maar het is omstreden of zo’n effect nu al zichtbaar is.

Dat de schade in de VS zo groot was, komt vooral doordat men zijn zaakjes niet op orde had. Armoede. Bezuinigingen op waterwerken. Stadsuitbreidingen. Een kwart meer stoeptegels en asfalt sinds 1996.

Maar dat hield een aantal heren (het zijn altijd heren) klimaatwetenschapper niet tegen om toch vooral uit te weiden over wat Harvey allemaal wél met het klimaat te maken heeft.

hansen
James Hansen ziet een klimaatramp

‘Deze storm moet je opvatten als een waarschuwing. Dit verschijnsel gaan we vaker krijgen’, zei Princeton-wetenschapper Michael Oppenheimer.  ‘Harvey laat zien hoe kwetsbaar moderne samenlevingen zijn als het klimaat opwarmt’, zei atmosfeerwetenschapper Kerry Emanuel. ‘Het is keiharde natuurkunde.’

‘Harvey is hoe klimaatverandering eruit ziet’, constateerde meteoroloog Eric Holthaus op nieuwssite Politico. ‘Het is tijd om onze ogen te openen.’

‘Het is een feit: klimaatverandering maakte orkaan Harvey dodelijker’, schreef atmosfeerwetenschapper Michael Mann in de Britse milieukrant The Guardian. ‘Er is een duidelijk verband tussen klimaatverandering en sterkere orkanen’, stelde klimaatwetenschapper en activist James Hansen.

‘De menselijke CO2-uitstoot is waarom we deze orkanen hebben’, poneerde Chris Cuomo, zelfverklaard klimatoloog, intussen bij CNN. ‘We kunnen een manier bedenken om het aantal van deze stormen te verminderen.’

Einde van het liedje: een humeurige verklaring van het milieuministerie EPA, dat de wetenschap de boel niet zo moest politiseren. En de klimaatsceptici die feestelijk de kachel aanmaakten met die malle ‘alarmistische’ wetenschappers.

13513-200

Wetenschappers die spontaan naar voren dringen om uit te leggen dat een gebeurtenis die weinig te maken heeft met klimaatverandering, tóch te maken heeft met klimaatverandering. Die na een weerramp met 45 dodelijke slachtoffers haast verlekkerd roepen: kijk eens mensen, dít staat ons nou te wachten!

Het is zoiets als de PVV die na ieder wissewasje over moslims begint. Geen open, wetenschappelijk denken, maar gewoon dramatische incidenten aanwijzen om je gelijk te halen.

Zouden de Oppenheimers, Emanuels, Holthausens, Manns, Hansens, Cuomos, Emanuels en Rahmstorfen nou écht niet begrijpen dat hun gedram en gepreek alleen doordringt tot de al diepbekeerden – en ook averechts kan werken?

Dat het niet gaat om nóg snedigere soundbites, maar gewoon om het aanreiken van eerlijke, transparante, controleerbare informatie, zodat burgers zelf een oordeel kunnen vormen? (Zoals hier, of hier.)

Much to learn, you still have.

En, o ja: de eerste klimaatpraat over orkaan Irma is intussen al begonnen.

irma

 

NASCHRIFT 8-9: Dat het ook anders kan, bewijst hoofd orkaanvoorspellingen Gerry Bell van het Amerikaanse Climate Prediction Center in de New York Times. Opvallend: ‘Dr. Bell said his group does not consider climate change in developing its forecasts.’

 

Onzekerheidsmarges geven? Dat is zó passé

IK KOM ER toch nog even op terug: de ‘Global Drug Survey’, dat onderzoek waaruit zou blijken dat Nederland na Ierland en Denemarken hét land is met de meeste probleemdrinkers. Breeduit in het nieuws geweest, van Nieuwsuur tot Metro, ook al viel er van alles op het onderzoek af te dingen – lees vooral deze factcheck erop na, of bekijk anders het filmpje onderaan deze pagina.

Maar het alcoholische muisje heeft een bizar staartje.

Want terwijl de schijnwerper van de media-aandacht zich weer op andere zaken richtte, vroeg ik nog wat door. Want zo’n top drie van probleemdrinkende landen, snijdt dat eigenlijk wel hout? Het gaat hier immers om steekproefonderzoek. En uitkomsten van steekproeven, daar horen onzekerheidsmarges bij. Zou Nederland nog steeds op drie staan als je die meerekent? Misschien verschilt onze probleemdrinkscore wel helemaal niet significant van landen als Schotland, België of Mexico.

armslag gds
De waarschuwing in het GDS-rapport: niet te gebruiken voor landelijke schattingen!

Vooruit dus, graag even die onzekerheidsmarges. Maar op zó’n vraag had Floor van Bakkum van de Jellinek-kliniek, die de resultaten in ons land met veel enthousiasme in het nieuws verkondigde, niet gerekend. Onzekerheidsmarges? Nee, die had Van Bakkum niet. Misschien wisten ze het op het hoofdkantoor in Engeland.

Maar ook daar bleek men de marges rond de getallen niet zomaar te kunnen leveren. ‘Aangezien dit voorlopige analyses zijn, verschaffen we dit soort aanvullende details normaal gesproken niet,’ mailde de coördinator van het onderzoek, psychiater Adam Winstock.

Pardon, de onzekerheidsmarges, een ‘aanvullend detail’? Ik besloot door te vragen.

Want waarom brengt de Global Drug Survey zijn onderzoeksresultaten eigenlijk naar buiten in de vorm van hippe ranglijstjes? Het is toch zeker geen wedstrijdje veelzuipen of zoiets? In het rapport staat nota bene nadrukkelijk een disclaimer: onze cijfers gaan alleen over de uitgaansscene, en beslist niet over de héle bevolking van de onderzochte landen.

Het werd een paar dagen stil, maar daarna antwoordde Winstock uitgebreid en openhartig.

‘Jaren van ervaring’ hebben ertoe geleid dat men de nuances maar wegliet, mailde Winstock. ‘De competitie om ruimte betekent vaak dat er toch weinig ruimte is om onze methodes en beperkingen aan te geven – hoewel die worden benadrukt in onze rapporten, op onze website en vooral in de wetenschappelijke publicaties.’

‘We beseffen dat sommige media onderzoeksbevindingen graag vergelijken en tegen elkaar afzetten, op zoek naar een haakje om het verhaal te vertellen. We kunnen wel foutmarges presenteren, maar dat zou mediapartners er toch niet van weerhouden om landen in volgorde te zetten en met elkaar te vergelijken.’

Dus eigenlijk: de media maken toch overal een wedstrijd van, dus doen wij het alvast zelf. Het is net zoiets als alvast je eigen voordeur forceren, omdat anders die inbrekers het maar zouden doen. Raarrrr. En dom: uit onderzoek blijkt dat bij medisch nieuws veel van de overdrijvingen niet bij de media zitten – maar in de persberichten.

En die onzekerheidsmarges?

Die heb uiteindelijk gewoon zelf even ruw berekend. En zoals viel te verwachten is Nederland niet per se derde van de ongeveer 30 onderzochte landen, net zo min als Denemarken eerste is en Ierland tweede. We zitten ergens in een kopgroep van landen waar men in de uitgaansscene veel en heftig drinkt, samen met Denemarken, Noorwegen, Zweden, Canada, Nieuw-Zeeland, Ierland, het Verenigd Koninkrijk, Colombia en België.

Zie je nou wel dat het best kan, onderzoeksresultaten brengen zonder gedoe over wie op kop loopt en wie niet?

Moeten die onderzoekers alleen wél de onzekerheidsmarges erbij geven.

Bij Trumps feestjes lijkt zwart Amerika wel weg geshopt

DE BEELDEN HEBBEN wel iets weg van het Laatste Avondmaal. In het midden de messias, onverstoorbaar en plechtig, die zijn handtekening zet onder een stuk papier. Waarna de ondertekenaar het document omhoog houdt en toont aan het publiek: neem en eet hiervan, gij allen, want dit is mijn lichaam, dat voor u gegeven wordt.

000_draag_donald-trump-signs-keystone-order-6245adda0567890a

Maar wie zijn eigenlijk de apostelen? Want ook dat hoort bij de iconografie: achter de messias staat meestal een soort erehaag van toeschouwers die goedkeurend toekijken. Dit zijn de mensen die het met het document in kwestie eens zijn. Politici en kabinetsleden; adviseurs, lobbyïsten. Of soms burgers of arbeiders die baat bij de ondertekening zullen hebben.

0327mijnwet

Toen ik eens opmerkte dat er bij zo’n plechtigheid rondom Trump alleen witte mannen stonden, kreeg ik op sociale media op mijn kop: vind je het gek, het waren bij die gelegenheid mijnwerkers. (Je kunt tegenwerpen dat er ook zwarte mijnwerkers zijn en dat mijnwerkers ook vrouwen hebben, maar vooruit.)

Sindsdien ben ik erop gaan letten. De recente ondertekening van de nieuwe energiewet? 21 blanke mannen, en één blanke vrouw, hadden zich rond de messias vergaard. De ondertekening van een arbeidswet in Wisconsin? Elf mannen en drie vrouwen, tel ik op de foto, met onder de mannen één persoon die ze in Amerika waarschijnlijk zwart noemen (wij zien gewoon een Indiër).

wisconsin2

Weet je wat, we bekijken het eens wat systematischer. Foto’s van 25 recente ondertekeningen, zocht ik via de zoekmasjien bij elkaar; dat lijkt me wel een aardige steekproef. Trumps kabinetsleden denk ik zoveel mogelijk weg. En dan turven maar.

En ja hoor. Liefst 240 witte, meestal oudere heren, tel ik op de foto’s. Vier keer zoveel als er vrouwen zijn. Zelfs die keer toen Trump eens wat kinderen over de vloer had… ja hoor, vier jongens en twee meisjes.

0120_healthcare_donald-trump-inauguration-washington-dc-protests-parade-31

Maar dat is nog niks vergeleken bij… Tja, waar is zwart Amerika eigenlijk gebleven?

Bij driekwart van de plechtigheden was er helemaal geen Afro-Amerikaan te bekennen. Bij slechts twee plechtigheden was er meer dan één zwarte aanwezig – maar in één geval moest dat ook wel: Trump ondertekende toen een (overigens omstreden) wet over de rechten van zwarte scholen. Als je die ondertekening wegdenkt, kom je uit op slechts zeven Afro-Amerikanen (en zes licht getinte latino’s of native Americans).

Tegenover 300 blanke apostelen.

Achter ieder groot man staat een sterke vrouw, maar achter Trump staan toch echt alleen maar witte, grijze mannen. En hier en daar een witte vrouw. Of hebben ze de zwarten soms weg geshopt?

grafb_vrouwgrafb_zwarten

Heeft de economie 19 vrouwen uit de Kamer verjaagd?

ZO ONDERHAND WORDT het een leuke afstudeeropdracht voor een politicologiestudent. Want ik doe hier de ene wonderlijke ontdekking na de andere. Niet alleen is er in de Tweede Kamer een complete SP-fractie aan vrouwen zoek; het lijkt ook nog eens te komen door… jawel, de economie.

Maar laat me u even bijpraten.

In een vorig blog legde ik na wat zondagsgepuzzel een bizar verband bloot tussen het aantal vrouwelijke parlementsleden en de tijd. Dat aantal neemt al decennia toe, in een wonderlijk constant tempo van ongeveer één extra dameskamerlid per jaar.

Nou ja, tot nu toe. In 2012 liepen we na de verkiezingen 7 vrouwen ‘achter’, dit jaar werd maar een derde vrouwen verkozen en kwamen de dames liefst 19 zetels achter te lopen op de trend. Spijtig, want ergens rond het jaar 2030 hadden we verdorie eindelijk moeten uitkomen op een parlement met evenveel mannen als vrouwen.

Maar hoe komt het? Waarom wijkt het aantal vrouwen in de Kamer nu en dan af van de lijn omhoog? Want in de 1990’er jaren waren het er opeens een tijdlang wat méér dan je zou verwachten. En de afgelopen tijd dus minder. Kijk maar:

vrouwen_A0

Alle kans dat zoiets gewoon toeval is natuurlijk. Maar aan de andere kant moet ik ook denken aan de ideeën over leiderschap uit de evolutiepsychologie. Volgens die inzichten kiezen we onze leiders veel meer met de onderbuik dan je denkt. En in tijden van zwaar weer zouden we meer neigen naar mannelijke leiders, omdat die ons toch een wat veiliger gevoel geven dan al die dames.

Dus heb ik het overschot (of tekort) aan vrouwen per verkiezing toch eens afgezet tegen het bruto binnenlands product op dat moment. En verrek zeg. Dit is wat je dan ziet:

vrouwen_A

Op de verticale as het groeipercentage van de economie, op de horizontale as het aantal vrouwen dat er in dat jaar te veel (of te weinig) werd gekozen. Neem dat puntje dat ik rood heb gemaakt. Dat is 1994: de economische groei was in dat jaar 3,0 procent, en bij de verkiezing kwamen er 6 vrouwen méér in de Kamer dan je op basis van de trend omhoog zou verwachten.

En nu blijkt dus dat zulke schommelingen, als je het kil berekent, voor meer dan de helft te verklaren zijn uit de economie.

Daarbij hoort een waslijst armslagen – de belangrijkste is dat het verband wat zwakker wordt als je verder teruggaat in de tijd –  maar interessant is het natuurlijk wel. Zou er echt een subtiele wind waaien die ons in tijden van voorspoed iets meer richting vrouwen drijft en in tijden van economisch zwaar weer naar mannen?

Ik zei al: vervolgonderzoek is nodig, zoals ze dan zeggen.

voorzittershamer

NASCHRIFT: Omwille van de leesbaarheid heb ik allerlei details weggelaten. Zou het bijvoorbeeld niet gewoon zo kunnen zijn dat we in tijden van economische tegenspoed ‘rechtser’ kiezen, waardoor er meer mannen in de Kamer komen? Want rechtse en conservatieve partijen hebben door de bank genomen inderdaad wat meer mannen op de kieslijst dan linkse en progressieve.

Maar de ‘rechtsheid’ van de kamer blijkt, als je het even verkent, het aantal vrouwen maar nauwelijks te drukken. Daarvoor heb ik per verkiezing de verhouding tussen links en rechts berekend (vrij naar de indeling van politicoloog André Krouwel) en die afgezet tegen het ‘vrouwenoverschot’. Inderdaad zie je dan een licht verband (je zou er ongeveer 10 procent van de variatie mee verklaren), maar echt solide is het natuurlijk niet.

vrouwen_A2
Op de x-as de verhouding links/rechts, op de y-as het aantal vrouwen meer of minder ten opzichte van de trend. Bijvoorbeeld het roodgemaakte punt: na de verkiezingen van 1994 hadden de linkse partijen 68 zetels en de meer rechtse 82 (links/rechts = 0,83) en waren er in de Kamer 6 vrouwen meer dan je op basis van de trend door de tijd zou verwachten.