‘EN HUP, WEER even opstaan!’, tweette een collega monter. Daarbij de link naar een bericht uit NRC Handelsblad: ‘Ieder half uur opstaan maakt zitten minder dodelijk’, op basis van onderzoek in het prominente medische vakblad The Annals of Internal Medicine.
Totdat in de dagen die volgden de reacties binnendruppelden. Het ging hier om onderzoek gesponsord door Coca-Cola, dat er belang bij heeft om de gezondheidsgevaren van zitten te benadrukken, om zo de aandacht van frisdrank af te leiden. En het onderzoek zelf zat ‘tjokvol alarmbellen, beperkingen en verlammende tekortkomingen’, ging een van de critici tekeer.
Ach, die domme journalisten ook, is dan al snel de reactie. Die kun je ook van alles wijsmaken. Zelfs die van NRC, toch slijpsteen van de geest. We zien het bericht binnenkort wel gefileerd en in mootjes gehakt terug in het schandblok van een of andere factcheckrubriek. (Behalve NRC liepen onder meer CNN, CBS en The New York Times in de val.)
Maar wacht, dat is me toch wat te makkelijk. Want we hebben het hier natuurlijk niet over zomaar een nieuwtje uit de dorpskroeg. Dit is keiharde wetenschap, vastgelegd in een vakblad, niet het eerste het beste bovendien. Horen we er niet gewoon van op aan te kunnen dat wat je daar leest, een soort van, nou ja… klopt?
Maar nee.
Dat begint bij de ‘peer review’, het wetenschappelijke systeem van zelfcontrole door collega’s waarop men altijd zo trots is. Leuk, maar in de praktijk is de ‘review’ vooral een informele, op vrijwillige basis uitgevoerde controle, uitgevoerd door goedbedoelende wetenschappers die vooral letten op de methodes – maar minder op zaken als presentatie of overdrijving.
De gevolgen laten zich raden. Vorige week nog bleek dat van al het gepubliceerde biomedische onderzoek een kwart ‘spin’ bevat: de resultaten zijn dikwijls met kunstgrepen en trucjes ‘opgeleukt’, om het onderzoek beter te laten uitkomen.
Moet de reviewer daar niet ook op letten? Of zou de uitgever van zo’n vakblad niet een anti-spindokter moeten aanstellen? Of er tenminste in grote, opvallende letters boven zetten: LET OP, DIT ONDERZOEK WERD MEDE MOGELIJK GEMAAKT DOOR COCA-COLA? Dat staat nu ergens in laffe kleine lettertjes helemaal onderaan, op een plek waar alleen de meest gestaalde lezer nog komt.
En er is het persbericht. De analyses wijzen steevast uit dat persberichten neigen naar overdrijving en zelfs rechtstreekse verdraaiing van resultaten. Hebben de wetenschappers die het onderzoek in kwestie hebben uitgevoerd hier niet óók een zekere verantwoordelijkheid? Zo’n persbericht schrijft toch zeker niet zichzelf?
En zo’n universiteit of vakblad dat het persbericht uitbrengt? Heeft men daar geen enkel besef dat het openbaar maken van wetenschappelijke onderzoeksresultaten iets anders is dan het verkopen van een tweedehands auto? Ik weet het wel: geld, targets, er moet ‘gevaloriseerd’ worden. Maar is gedegen wetenschap niet óók een target – of ben ik nu ouderwets?
Arm NRC. Want kom op: dat eens in het half uur even opstaan uit je stoel de dood zou uitstellen, als een soort wonderolie tegen het sterven, dat is natuurlijk absurd. Een vrolijke puntmuts die de pr-machine op het onderzoek heeft gezet.
Maar het is te makkelijk om alleen de journalistiek de schuld te geven. Hoe pijnlijk en onterecht het ook is tegenover al die integere, ploeterende onderzoekers die ongetwijfeld de meerderheid vormen; zo lang de wetenschap zijn eigen kwaliteitscontrole niet op orde heeft, is er alle reden om onderzoek te wantrouwen.
Ík ben in elk geval weer wakker.